Startmotoren in klassieke auto’s zijn dankbare hulpmiddelen die niemand zou willen missen.
We moeten er niet aan denken dat we motoren met een ouderwetse slinger moeten starten. De levensduur van een startmotor blijkt erg gunstig te zijn als we het vergelijken met b.v. een versnellingsbak, differentieel en motoren. Bovendien is een startmotor vrijwel altijd onderhoudsvrij hetgeen we van de genoemde andere delen in onze klassieker zeker niet kunnen zeggen. De startmotor zit vrijwel altijd op het vliegwielhuis van de versnellingsbak en met bouten vastgeschroefd.
De startmotor is feitelijk een elektromotor die zijn energie betrekt van de accu. De buitenmantel van de startmotor is aan de binnenzijde voorzien van een zwaar magneet. In de buitenmantel zijn een voor- en achterdeksel te vinden waarin de draaiende rotor is gelagerd. De rotor is voorzien van een zware spoel. In het achterdeksel zijn twee kool- of koperborstel geplaatst die aan de ene zijde verende zijn opgesloten en aan de andere zijde op het einde van de stator gedrukt worden. Zo kan er stroom door de spoel van de rotor vloeien en samen met de magneet er voor zorgen dat de startmotor ronddraait.
Startmotoren zijn in 3 typen te onderscheiden, tw.:
1. Startmotoren met een mechanisch werkende startrelais die aan de startmotor zit gemonteerd.
Het startrelais is eenvoudig met een kabel en trekknop te bedienen. Zodra de startknop wordt bediend zal het mechanische relais de zwaar uitgevoerde contacten met elkaar verbinden en de hoge stroom die
de startmotor vraagt dan ook doorvoeren. In de meeste gevallen werkt de startmotor ook als het contactslot uitstaat, derhalve zal de motor dan niet kunnen aanslaan.
2. Startmotoren met een gescheiden elektrisch relais die ergens in de motorruimte is geplaatst.
Door het omdraaien van het contactslot wordt eerste het contact ingeschakeld, maar draait de startmotor nog niet. Pas als de contactsleutel in de startstand wordt gezet wordt het startrelais elektrisch gevoed en zal de hoge startstroom die gevraagd wordt de startmotor laten draaien.
3. Startmotoren met een in- of opgebouwd startrelais. Het elektrisch startrelais heeft tevens een
mechanische constructie. In de startstand van het contactslot wordt het relais elektrisch gevoed ,
waardoor gelijktijdig de mechanisch constructie er voor zorgt dat de bendix uitslaat en de startmotor
zijn hoge startstroom krijgt.
Alle 3 typen startmotoren hebben een bendix. De bendix is een volledig mechanisch werkend onderdeel. Op de buitenzijde van de rotoras en de binnenzijde van de bendix zit een wormvormige vertanding die in elkaar passen. De bendix heeft aan de buitenzijde rechte V-vormige vertanding en nog een redelijk zware spiraalveer. De bendix wordt door een krachtig draaiende rotor zeer snel over zijn wormvormige vertandig verplaatst en grijpt ahw in de starterkrans. Omdat de startmotor blijft draaien en de motor hierdoor wordt aangedreven zal de motor uiteindelijk aanslaan. Als de motor niet aanslaat en/of de werking van de startmotor wordt onderbroken zal de bendix weer terugkeren in de rustpositie en vrijblijven van de starterkrans.