Startproblemen bij carburateur motoren.
In principe is een auto “af fabriek” goed afgeleverd en je zou dan ook verwachten dat het probleem altijd opgelost moet kunnen worden. In al die jaren kan een auto heel wat beleefd hebben en is de “af fabriek” situatie niet meer vergelijkbaar. We kunnen echter heel ver komen en het vaak geheel oplossen. Hoe gaan wij te werk?
Het niet willen aanslaan van een motor is altijd een vervelend moment. Toch zijn er genoeg mogelijkheden om het starten van een motor te bevorderen. Indien een instructieboekje voorhanden is wordt meestal omschreven hoe een koude start behoort uitgevoerd te worden. Raadpleeg deze informatie, omdat die heel specifiek is voor uw merk en type auto. Basiskennis van onderstaande informatie kan behulpzaam zijn om een positief startresultaat te be-vorderen:
1. De vlotterkamer van de carburateur is na langdurige stilstand meestal leeg door verdamping.
a. Indien een elektrische benzinepomp aanwezig is laat die dan eerst de vlotterkamers vullen op de contactstand en laat de startmotor nog niet draaien. De benzinepomp is meestal (goed) hoorbaar en als de vlotterkamer(s) gevuld zijn, is dat geluid meestal minder of geheel verdwenen.
b. Indien een mechanisch aangedreven benzinepomp ook is uitgerust met een handbediening kunnen het beste de vlotterkamers met de handbediening gevuld worden. Zodra de pompfunctie met minder weerstand verloopt is (zijn) de vlotterklamer(s) gevuld.
2. Gebruik de choke (indien aanwezig) altijd bij een koude start. De choke zorgt voor een verrijkt brandstofmengsel naar de motor. Dat is noodzakelijk, omdat bij koude motor een deel van de brandstof niet verdampt, maar als vloeistof aan de binnenwanden gaat afzetten. Zo wordt bij de arbeidslag toch nog genoeg brandstof ontstoken om de motor te laten aanslaan. Als de motor aanslaat doe de choke dan zover mogelijk terug tot de motor nog behoorlijk loopt.
3. Geen hand- of automatische choke aanwezig of niet goed bruikbaar dan kan een carburateur met een acceleratiepompje (afwezig bij bv SU, Stromberg) nog uitkomst bieden. Door het gaspedaal een of enkele malen snel en diep in te trappen en de ingespoten brandstof even de tijd (10 – 20 seconden) te geven om (voor een deel) te laten verdampen in de aanwezig lucht van de inlaatkanalen. Als u het gaspedaal een stukje ingetrapt houdt (maar niet de pompfunctie) zal dat de verdamping bevorderen door de “open lucht” verbinding.
4. De uitgangspositie om de motor het snelst te laten aanslaan met een maximum aan resterende accucapaciteit is nu aanwezig.
Met dank aan: